Drie oudjes zien elkaar terug na lange jaren:
Wat doe jij sinds je met pensioen bent?
De eerste zegt : ik reis en fotografeer veel.
De tweede zegt : ik winkel en tuinier graag.
De derde zegt : ik doe regelmatig nog opsporingswerk...
Ah! En in wat en waar?
Iedere dag zoek ik mijn bril, mijn gebit, mijn wandelstok, mijn gsm, mijn sleutels, mijn autopapieren enz. enz.....
Wanneer hij voldoende bij bewustzijn is, vraagt een zuster hem hoe hij die medische ingreep gaat betalen.
Ze vraagt hem of hij een ziektekostenverzekering heeft.
Met zwakke stem zegt hij: "Geen ziektekostenverzekering."
Ze vraagt hem: "Heb je geld op de bank staan?"
Hij antwoordt: "Geen geld op de bank."
Vervolgens vraagt ze: "Heb je geen familielid die je kan helpen?"
Hij zegt: "Ik heb enkel een zuster, een oude vrijster, die non is in een klooster."
De zuster antwoordt geërgerd: "Nonnen zijn geen oude vrijsters, zij zijn getrouwd met God!"
Telefoon van een blondje.
Vorig jaar heb ik alle ramen in mijn huis vervangen met die dure dubbele beglazing en energie-efficiënte vorm, en vandaag kreeg ik een telefoontje van de aannemer die ze geïnstalleerd had.
Hij klaagde dat de werkzaamheden een jaar geleden waren voltooid en ik hiervoor nog steeds niet had betaald.
Gewoon omdat ik blond ben, betekent niet automatisch dat ik dóm ben hoor ..... !!!
Ik zei hem : dat zal dan één dezer dagen toch wel gebeuren volgens mij..........
Dus ik vertelde hem precies wat zijn verkoper me vorig jaar had verteld : "Deze super-ramen betalen zichzélf binnen een jaar". En het is nu ongeveer een jaar geleden !
Er viel enkel een ijzige stilte aan de andere kant van de lijn, zodat ik maar gewoon heb opgehangen....
Hij is 80.
Zij is 20.
Een boer rijdt op zijn tractor al slingerend door het Groninger Land. Hij zit in zijn cabine en zo te zien vermaakt hij zich opperbest. Achter hem rijdende agenten vinden het welletjes en besluiten om de man aan te houden.
Luid zingend opent de boer zijn cabine en roept: "Wat een techniek hè, in Hilversum draaien ze muziek en ik kan het hier helemaal horen!"
"Ja, ongelofelijk", zegt de plotieman. "In Schiedam maken ze jenever en ik kan het hier helemaal ruiken!"
Laatst was ik in in België en zag terwijl ik op de bus stond te wachten, een Belg die zijn woning aan het verven was.
De man stond boven op een ladder en elke keer als zijn kwast leeg was klom hij naar beneden en doopte zijn kwast in de verfpot die beneden op de stoep stond.
Nadat ik dat een tijdje had aangezien zei ik:
'Zeg meneer, u kunt de verfpot toch veel beter mee naar boven nemen? Dan hoeft u niet steeds naar beneden om uw kwast in de verf te doppen.'
De Belg kijkt mij medelijdend aan en zei: Äwel manneke, dat zal niet gaan hè. Het is grondverf!
Klein Jefke bezoekt samen met zijn vader een paardenveiling. Hij kijkt toe als zijn vader bij verschillende paarden zijn handen laat glijden over de benen, romp en borst van de dieren. Klein Jefke vraagt: "Papa, waarom doe je dat?" Pap antwoordt: " Omdat, wanneer ik paarden koop, ik wil weten of de paarden gezond en in goede conditie zijn." Klein Jefke kijkt bezorgd en zegt: "Pappie, ik denk dat onze postbode mamma wil kopen...."
Klein Jefke mag met de klas naar het politiebureau voor een praktijkklas. Op een bord ziet hij foto's van de 10 meest gezochte criminelen. Een van de kinderen vroeg bij een bepaalde foto of dat werkelijk de afbeelding was van de gezochte persoon. "Ja", zegt een agent, "we zijn erg hard naar hem aan het zoeken". Klein Jefke vraagt: "Waarom hield je hem dan niet vast toen je de foto maakte?"
Klein Jefke kijkt gefascineerd toe als zijn moeder huidcrème op haar gezicht smeert. "Waarom doe je dat, mammie?", vraagt hij. "Om mezelf mooi te maken natuurlijk", zegt moeder en even later begint ze de crème af te vegen met een doekje. Klein Jefke kijkt bezorgd en zegt: " 't helpt niet hè ? "
De computer
Een lerares Spaans probeerde aan haar klas uit te leggen dat in het Spaans, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Engels, zelfstandige naamwoorden mannelijk of vrouwelijk zijn.
‘huis’ bijvoorbeeld, is in het Spaans vrouwelijk: la casa, ‘potlood’ daarentegen, is mannelijk: el lapiz
Daarop vroeg een van de studenten: welk geslacht heeft ‘computer’?
In plaats van direct een antwoord te geven, deelde de lerares de klas in twee groepen, meisjes en jongens, en vroeg hen zelf te bepalen of ‘computer’ een mannelijk of vrouwelijk zelfstandig naamwoord was. Elke groep moest vier redenen opgeven voor hun keuze.
Steveltjes..
Frekie
Evert
Zitten blieven!
n Doame, mit veul kakkemeroatzie, raaist mit n grode Boeing 747 van Schiphol noar New York.
As n swaarte Amerikoan van Afrikoanse ofkomst noast heur dele striekt begunt ze vot te mottjen en te poesten.
"Nee heur,", zee ze tegen n stewardess, "ik wil hier nait zitten, ik mout n aander plek hebben."
Stewardess zegt: "Nou mevraauw, dammeet as wie boven d'oceoan binnen zuiken wie alles oet. Messchain is der roemte in d'eerste klas boven."
n Haalf uur loater komt t knappe wichtje weer bie t dure mìns en heur buurman.
Zai zegt: "k Heb de zoak beproat mit piloot. k Heb goud bericht veur joe: der is roemte in eerste klas."
Kakmadam staait laagend op, mor t wichtje zegt: "Nee mevraauw, joe nait. Blief zitten. Joen buurman krigt n ploats in d'eerste klas!" ""
Zöcht
Schoulklas was op ekskurzie op t plietsiebero.
Doar zaggen ze n bred mit foto's woar boven ston 'De tien mainst zöchte personen'.
Lutje Kloas vruig aan n plietsieman: "Binnen dat echt foto's van boeven?"
Plietsieman: "Joa, dij willen wie hail geern oppakken."
Lutje Kloas: "Woarom hebben ie ze din nait vastholden dou ie ze op petret zet hebben?"
n Gloazen oog
Jan haar n ongeluk had en kreeg last van zien oog.
Oogarts in Stad zee: "t Spiet mie, Jan, dij mout der oet. k Zal die der n gloazen oog in doun."
Dat gebeurde. Dou Jan weer thoes kwam in Termunten gong e op hoge bainen noar snieder Feunekes.
Jan: "k Heb n gloazen oog!"
Feunekes: "Wat ja mooi man. Kist der mooi deurhén kieken."
Stamboom
Eppo lopt n rondje mit zien hond.
Hai komt Hinderk tegen.
Hinderk: "Het dien hond ook n stamboom?"
Eppo: "Nee, hai pist tegen elke boom."
Toenman
Verantwoorden
Vergeten
Eppo wil tou kroug oetlopen, ober holt hom tegen.
Ober: "Meneer, ie binnen vergeten te betoalen."
Eppo: "Ik drink ook ja om te vergeten..."
Man het t stoer
n Kristelk echtpoar lopt aarm in aarm op n zundag noar kaark.
Man: "Der binnen twij redens dat k laiver thoes blief. Ten eersten, mìnsen maggen mie nait. Ten twijdens, ik mag heur ook nait."
Vraauw: "Ik geef die twij redens dast doe ophollen most te soezen. Ten eersten, doe bist negenviefteg. Ten twijdens, doe bist de domie van dizze kaark."
Schaaiden
n Vraauw komt bie n avvekoat en zegt dat ze zok schaaiden loaten wil, omdat heur man heur bedrugt.
"Kinnen ie dat bewiezen?"
"Zeker, hai belde vattien doagen leden op, dat hai op zoakenrais mos, mit zien vrund Fred, mor Fred het de haile tied bie mie sloapen!"
Femilie
Hinderk en Oaltje rieden mit auto van Stad weerom noar Troapel.
Zai binnen in Stad aan t winkeln west, noar Hinderk zien zin veuls te laank, doar hebben ze kribberij over kregen.
Haaile weg wordt der niks zegt, gain ain van baaiden wil inschikken.
As ze in de buurt van Muzzelknoal bie n waailaand mit ezels langskommen ken Oaltje zuk nait langer stilhollen: "Femilie van die?" vragt ze n tikkel vranterg.
"Joa," zegt Hinderk, "aantraauwd."
Vaarven
Eppo is dakgeude aan t vaarven, hai komt iederbod omdele van d ledder of
en stipt bözzel in vaarfpot dij op grond staait, gaait weer bie ledder
op, vaarft, komt weer omdele.
Hinderk komt op fietse langes en zigt wat zuk òfspeult.
"Woarom nemst dij vaarfpot nait mit noar boven?" vragt e
"Dat ken nait", zegt Eppo, "t is grondvaarve!"
Bosschoppen
Eppo komt thoes van t bosschoppen doun;
Twaalf kan jenever en n stoede.
Vragt zien voader: "Wat mout wie mit aal dij stoede?"
Proefwaark
"Hest dezulfde fouten in dien proefwaark as Tammo dij noast die zit", zegt meester tegen Lammert.
Lammert: "Gain wonder, wie hebben ook ja zulfde leeroar!"
Vizzen
Job rid op fietse bie Winschoterdaip langs as e n kirrel zitten zugt.
Dij kirrel het aan ain kaande n emmer wurms stoan en aan aander kaande n hoamer liggen.
"Moi", zegt job, "wat bist aan doun?"
"Och", zegt kirrel, "ik bin aan t vizzen."
Job zegt: "Hou dust dat den?"
"Nou", zegt kirrel, "veur tien euro vertel k die dat."
Job betoalt tien euro.
"Kiek", zegt kirrel, "ik gooi n wurm in t wotter en as der den n vis op bit den hauw k hom mit hoamer op kop."
"En", zegt Job, "vangt dat nog n beetje?"
"Joa", zegt kirrel, "n tientje of vief zes..."
Spaigeltje
Eppo en Tammo lopen bie stroat.
Zai vinden n spaigeltje.
Eppo kikt der in en zegt: "Verrek, dij vent ken ik".
Tammo kikt der ook in en zegt: "Gain wonder, dat bin ik ja".
Bie dokter
Dokter het vraauw onderzöcht.
Hai nemt heur man even appaart en zegt: "Zai zugt der nait goud oet".
"Dat wait ik," zegt Paiter, "mor zai ken goud koken en kiender binnen wies mit heur...".
Meer euries
Tammo is op sollisitoatsie.
Boas zegt: "Ik betoal die 8 euro in t uur en over drij moand krigst 12 euro in t uur.
Wenneer kenst begunnen?"
Tammo: "Over drij moand!"
Spiekers
Komt man in spiekerwinkel en vroagt aan man achter teunbaank:
"k Wol geern pak spiekers."
"Dat kin" zegt man achter teunbaank.
"Hou laang wollen ie ze hebben?"
"Och k wait nait" zegt man, "Hou laan kin ie ze missen."
Dokter: "Eppo, wat scheelt der aan?"
Eppo: "As ik mit mien vinger tegen mien veurheufd druk den dut t zeer, as ik mit mien vinger op mien knij druk den dut t zeer, as ik mit mien vinger
Dokter: "Ik wait t al, vinger is broken."
t Mos net zo wezen... keuneginnedag vuil op zundag.
Domie in Hervörmde Kaark van Beem haar n bosschop aan gemainte te doun vlak noar t leste Amen.
Hai zee tegen örganist: "Goud opletten heur jong, magst naait eerder begunnen mit dien noaspel den vlak noa mien bosschop."
"Goud heur domie", zee ol Grounewold.
Noa de dainst vruig domie mensen om nog even zitten te blieven.
"Ja, broeders en zusters, het is namelijk zo dat onze kerk een nieuw dak nodig heeft. Ik verzoek een ieder die daarvoor honderd euro over heeft even te gaan staan."
Bosschap over, en ol Grounewold begon te speulen. t Wilhelmus...
In bibeltaik
Eppo is in bibeltaik omreden hai zien kennis vergroten wil.
Vraauw in bibeltaik vragt: "Mouten t swoare of lichte bouken weden?"
Eppo: "Dat geft niks, ik bin op fiets."
In rechtbaank
Geessie en Tais binnen schaaiden, mor rechter mout nog oetsproak doun over allimetoatsie.
"Ik heb dizze zoak hail sekuur bekeken," zegt rechter tegen Tais, "ik geef joen vraauw 700 euro in de moand."
Tais: "Dat vin k meroakels van joe, as t aits kin zel ik der ook nog n poar sìnten biedoun."
Amerikoan
Amerikoan ried deur Grunnegerlaand ien n huurauto.
Den ried hai bie Auwerderziel ien buurt n poar hounder dood mit zien huurwoagen.
Boer gait hail slim tekeer tegen Amerikoan.
Dei zegt tegen boer: "Keep quiet!"
"Kiep kwait, kiep kwait! Ik bin n hailebult kiepen kwait!" zegt boer terug.
Dokter: "Onzin, ik hol ook van worst!"
Gepko: "Mooi man, mout ie ais n moal bie mie kommen, ik heb der al
Zwemmen
Ligt n man in t Damsterdaip.
Hai giert: "Ik ken nait zwemmen, ik ken nait zwemmen".
Tammo komt der langs, hai zegt: "Wat wilst wel, ik ken ook nait zwemmen, mor doar heurst mie toch ook nait over".
Roar pak...
Tammo kwam bie snieder Knipscheer.
Tammo: "Ik wol geern n pak mit ain buutse leger as aander, ain maauwe langer as aander en zeumen dij lösloaten bie t aantrekken."
Knipscheer: "Zukse pakken moak ik nait!"
Tammo: "Zo'n pak hejje al ais veur mie moakt..."
Rekkertje
n Doene kirrel stapt bus in op Groot Maarkt.
Op d Hereweg begunt e te roupen: "Wel het n bundeltje 100-euros met n rekkertje der omhín verloren.?"
"Ik!," ropt n man achter in bus.
Kirrel antwoord vot: "Mooi, ik heb t rekkertje vonden."
Zo mooi
Hinderk en Oaltje lopen in Sodom deur Laangestroat.
Oaltje blift veur n etaloage stoan woar n schier klaid in hangt.
"Och Hinderk", zegt ze, "wat n mooi klaid vin'k dat."
"Vinst hom echt mooi?" vragt Hinderk.
"Joa man", zegt Oaltje, "ik vin hom zo mooi."
"Eerlieks woar?" vragt Hinderk.
"Joa, eerlieks woar, zo mooi."
"Goud", zegt Hinderk, "den goan wie anderweek weer kieken!"